21 september 2014
Vijfde etappe, Rolde-Schoonloo
Om half 8 gaat de wekker. Gelukkig is het droog.
Gelukkig, want ik werd rond een uur of 4 wakker van de regen op de tent en om
half 7 regende het nog. Na het ontbijt rijden we naar Schoonloo waar we de auto
parkeren voordat we weer terugfietsen naar Rolde.
De voorgaande etappes tussen Groningen en Rolde
gingen door “Het Nationaal beek- en esdorpenlandschap de Drentsche Aa”, de komende
etappes lopen over “Het Drents Plateau”, hoewel we ook tijdens de etappe van
vandaag langs en over het Andersche Diep zullen lopen.
Vanaf de camping volgen we eerst over ca. 3 km een
gedeelte van de voormalige spoorverbinding tussen Gasselternijveen en Assen.
Deze spoorlijn is in 1905 geopend voor reizigers- en goederenvervoer. In 1947
werd de lijn gesloten voor reizigers en rond 1970 ook voor het goederenvervoer.
De rails en bielzen zijn grotendeels verwijderd, maar het stationsgebouw van
Rolde is behouden gebleven, zoals ook een stukje rails waar het oude spoortje
de Koelandsdijk kruiste.
De oude spoorrails in de Koelandsdijk |
Na ongeveer een halve km vanaf de camping bereiken we
het echte eindpunt van de voorgaande etappe, de begraafplaats bij de Jacobuskerk van Rolde. Toch
wel raar, een begraafplaats als eindpunt…
De Jacobuskerk |
We volgen het oude spoortracé, kruisen opnieuw het Andersche
Diep en lopen door tot vlak bij het gehucht Anderen. In Anderen zijn stenen
vuistbijlen uit 60.000 jaar voor Christus gevonden, de oudste bewijzen van
bewoning in Drenthe, terwijl het plaatsje zelf “pas” meer dan 600 jaar bestaat.
We kruisen de N33 onder een splinternieuw viaduct en lopen de
Westerlanden binnen. De scheiding tussen de verschillende percelen zijn met palen en schrikdraad afgezet en die moeten we via een opstapje passeren.
Met het opstapje over het schrikdraad |
We kruisen opnieuw het Andersche Diep, maar nu is er niet
alleen een bruggetje, maar ook een “voorde”, een doorwaadbare plaats waarvan de
oevers en de bodem vroeger bekleed werden met stenen zodat de voermannen met de
paard en wagen niet vast kwamen te zitten in de modder.
Hier passeer ik de voorde over het Andersche Diep |
Enige tijd later
kruisen we het Andersche Diep opnieuw, dit keer over bruggetje gemaakt van oude
bielzen, misschien de bielzen van het vroegere spoorlijntje.
We verlaten het gebied van de “Diepen” en komen in de bossen
die vanaf voorlaatste eeuwwisseling zijn aangelegd voor de houtproductie. Bij
de aanleg van de bossen door het in 1899 opgerichte Staatsbosbeheer werd vooral
gebruik gemaakt van “gewone” werklozen, landlopers, dronkenlappen of
veroordeelden uit opvoedingsgestichten.
De laatste tijd zijn de productiebossen steeds meer omgevormd om ruimte te maken voor recreatie, educatie en natuurontwikkeling en is een meer gemengd bos ontstaan. Bijna aan het eind van de bossen lopen we langs het Meindersveen, waar een smal paadje door het wuivende gras omheen loopt.
We wandelen verder overhet Grolloërveld, een heidegebied zoals het er
voor de bebossing al uit moet hebben gezien.
Ook de keienpaden werden in de werkverschaffing aangelegd |
De laatste tijd zijn de productiebossen steeds meer omgevormd om ruimte te maken voor recreatie, educatie en natuurontwikkeling en is een meer gemengd bos ontstaan. Bijna aan het eind van de bossen lopen we langs het Meindersveen, waar een smal paadje door het wuivende gras omheen loopt.
Berkenzwammen groeien, zoals de naam al zegt, op berken |
Op 2,5 km voor Schoonloo zien we opeens Guusje bij
kampeerboerderij “De Warme Bossen” onder een parasol op het terras zitten. We
hadden onderweg op modderige stukken de sporen van haar Rolrugzak al regelmatig
gezien. We drinken daar een kop koffie, Guusje vertelt dat ze haar tentje bij
de kampeerboerderij opzet om daar te overnachten. We nemen afscheid en lopen de
laatste kilometers door het ruilverkavelingsgebied en het Strubbenbos naar
Schoonloo waar deze etappe eindigt.
We rijden met de auto terug naar de camping waar we de tent
afbreken, de auto weer inpakken en naar Enschede vertrekken.
Wilma en ik hebben er twee mooie wandeldagen opzitten waar
ik, naast van het natuurschoon en de mooie omgeving, van de verwondering en
opmerkzaamheid van Wilma heb genoten. Wilma heeft mij regelmatig gewezen op
opmerkelijke paddenstoelen, vergezichten of mooie plantjes.
Wilma, bedankt voor je gezelschap op etappe 4 en 5 van
Zuidlaren via Rolde naar Schoonloo.
Het geel hoorntje komt vooral voor op vermolmde takken en stammen van loofhout |
Het Meindersveen |
Éen kilometer voor Schoonlo, nog maar 410 km naar de Sint Pietersberg |
In totaal heb ik in 22 uur en drie kwartier 87 km
afgelegd.